Leerdoelen


·         Markt en methodologie
  1. Je kunt een bedrijf efficiënt en succesvol laten draaien.
  2. Je kunt een serie van producten binnen een productfamilie ontwerpen.
  3. Je kunt voor een B2B markt een productfamilie modulair ontwerpen.
·         Mens product interactie
  1. Je kunt ontwerpen zodat verschillende gebruikersgroepen het product goed kunnen begrijpen en gebruiken op een voor hen wenselijke manier.
·         Vorm en functie
  1. Je kunt een vorm interpreteren en beschrijven wat de vormgever beoogt met zijn vormkeuze.
  2. Je kunt het succes achter een beknopt aantal designklassiekers uitleggen.
  3. Je kunt een productvariantenserie ontwerpen, rekening houdend met de variantenproblematiek.
  4. Je kunt verantwoord omgaan met noodzakelijke vormaanpassingen (detailvormgeving).
  5. Je kunt de oorspronkelijke conceptuele gedachte bewaken.
  6. Je kunt productdetaillering naar een productpresentatie vertalen.
  7. Je kunt in de verschillende fasen van het ontwikkeltraject eenvoudige modellen maken, daaruit conclusies trekken en toepassen in het vervolgtraject.
·         Optimalisatietechnieken
  1. Je kunt een ontwerp optimaliseren door gebruik te maken van (gestandaardiseerde) modules (bouwstenen), configuraties en varianten.
  2. Je kunt bevroeden dat een ontwerp geoptimaliseerd kan worden door de features aan te passen aan de wensen van degebruiker (mass‐customisation).
  3. Je kunt een ontwerp optimaliseren door fabricage en gebruik te simuleren
  4. Je kunt een ontwerp optimaliseren door de toepassing van DFA technieken.
  5. Je kunt een ontwerp optimaliseren t.a.v. veiligheid.    

·         Productietechnieken & materialen II

  1. Je kunt ontwerpkeuzes maken op het gebied van productie-­‐materiaal-­‐combinaties.
  2. Je kunt ontwerpvoorstellen geven (geometrie) vanuit de ontwerprichtlijnen van genoemde productiemethode‐materiaal‐combinaties.
  3. Je kunt detailvoorstellen doen en detailkeuzes maken.

·         Construeren voor ontwerpers
  1. Je kunt de stijfheid van een constructie beïnvloeden.
  2. Je kunt de vervorming van onderdelen van constructies berekenen, afhankelijk van de vormgeving en het materiaal.
  3. Je kunt in delen van je constructie de positie aangeven waar de grootste inwendige belasting optreedt en deze vertalen naar materiaalspanningen.
·         Solid Works (Sheet Metal & van 3D naar 2D)
  1. Je kunt een tekening van een model af leiden, waarbij aanzichten, doorsnedes en details op de juiste manier (d.w.z. volgens de geldende NEN-­‐normeringen) gebruikt worden.
  2. Je kunt een samenstellingstekening van een product maken, compleet met bemating, stuknummers en ‐ lijst.
  3. Je kunt met toepassing van de Sheet Metal Module uit Solid Works een uit plaat materiaal opgebouwd product zodanig modelleren dat deze geschikt is voor productie.
·         Communicatie en presenteren
  1. Je kunt (een ontwerp) overtuigend en enthousiast mondeling presenteren, gebruikmakend van adequate presentatie-­‐ en verkooptechnieken.
  2. Je kunt je presentatie functioneel ondersteunen met digitale presentatiemiddelen (augmented reality of digitale 3D visualisatie) en/of fysieke tekeningen/modellen (1:5 model).
  3. Je kunt een presentatie verzorgen volgens het kop-romp‐staart model.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten